De Compact vouwdeur kan in explosiegevaarlijke ruimtes worden gebruikt. Het mechanische deel van de Compact vouwdeur voldoet aan: richtlijn 2014/34/EU (ATEX 114 richtlijn). Kenmerk richtlijnen 2014/34/EU: II 3 GD T6
in deze codering staat:
o II: andere explosiegevaarlijke omstandigheden dan mijnbouw (mijnbouw is “I”)
o 3: staat voor categorie 3 (Zone 2 Gas, Zone 22 Dust)
o G: staat voor Gas
o D: staat voor Dust (stof)
o T6: staat voor de temperatuurklasse
Het mechanische deel van de vouwdeur is dus geschikt voor een situatie waar een explosief gas of stof kan ontstaan volgens zone 2 / 22 waarbij dat gas of stof een zelfontbrandingstemperatuur moet hebben die hoger is dan 85°C (T6).
Aanpassingen aan de Compact vouwdeur bij mechanische ATEX
Om de vouwdeur geschikt te maken voor plaatsing in een potentieel explosiegevaarlijke omgeving zijn een aantal aanpassingen uitgevoerd:
- Automatisch statische ontlading van de deur
- Omvormer voor de slapkabelbeveiliging
- Aansluiting met blauwe ATEX-kabels
Verder zijn er een aantal zaken waar rekening mee gehouden moet worden:
- De motor moet buiten de explosiegevaarlijke ruimte gemonteerd worden, dit kan betekenen dat er aanpassingen aan de motor gedaan moeten worden, zoals een verlengde as, eventueel in combinatie met een frontmotor.
- Besturingskast moet aan de buitenzijde van de explosiegevaarlijke ruimte gemonteerd worden.
- De Compact vouwdeur deur is bij een ATEX aanpassing alleen dodemansbediend verkrijgbaar.
ATEX voor elektrische componenten van de Compact vouwdeur
Voor delen van de aandrijving en elektrische installatie hangt het af welke delen zich in de ATEX zone bevinden. De temperatuurklasse van deze componenten zou de temperatuurklasse van het geheel natuurlijk kunnen veranderen. Als bijvoorbeeld de aandrijving T4 heeft dan wordt dat de maatgevende temperatuurklasse voor de deur als geheel.
Stel nu uw Compact deur samen of praat met een van onze verkopers voor meer informatie over de mogelijkheden met ATEX.